Het Geloof zo groot als een mosterdzaadje verzet bergen.

Het Geloof zo groot als een mosterdzaadje verzet bergen.

Het Geloof zo groot als een mosterdzaadje verzet bergen.

Jezus is bereid geweest om op het kruis te sterven om het Leven in de dood te brengen, om een deur te openen die het ieder schepsel mogelijk maakt om van de dood in een Nieuw Leven over te gaan, van de schepping naar Dat wat Was, Is en altijd zal Zijn.
Hij is binnengegaan in ieder wezen, maar slechts een klein deel in ons heeft hem aanvaard, de meerderheid van onze krachten is tegen Jezus, net als tweeduizend jaar geleden toen het volk verkoos om Jezus te kruisigen en Barabbas te bevrijden.

Jezus stelt ons voor te mediteren: als wij een Geloof hebben zo groot als een mosterdzaadje kunnen wij een berg verzetten.

Dit betekent dat het geloof dat wij vandaag hebben niet volledig is; het is nodig, een volmaakt Geloof te vormen; en ook al is het heel klein, met dat Geloof kunnen wij een berg verzetten. In de bergen zitten immers onze kinderen, bedrogen door de krachten van de duisternis en versteend, gevangen.

Vele bergen zijn te verzetten, maar de eerste en belangrijkste is de angst, want zij belet het ons, ons te ontwikkelen.

Met Jezus, die ons naar de Vader heeft gebracht, kunnen wij niet alleen onze kinderen, versteend als zij zijn, uit de rots bevrijden, maar wij kunnen de gehele berg optillen; en daarmee onze gehele oorsprong en de gehele mensheid.

Wij moeten proberen om al onze kinderen en elke tegenkracht bekend te maken met Jezus: een deel van hen kent en voelt Jezus immers niet, omdat andere demonen op de eerste plaats zijn gekomen, die ons in grote verwarring hebben gebracht.

Jezus zei ons: „Wie mij ziet ziet de Vader“, want Jezus en de Vader zijn Een! In deze woorden moeten wij ons Geloof stellen; als wij de gedachten volgen die uitgaan van het Hart zullen wij de zekerheid hebben dat wij het Doel zullen bereiken.